• grokt
vervoeging van
grokken

grokt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grokken
    • Jij grokt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grokken
    • Hij grokt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van grokken
    • Grokt!