gladschoren
- Geluid: gladschoren (hulp, bestand)
- glad·scho·ren
vervoeging van |
---|
gladscheren |
gladschoren
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van gladscheren
- ...dat wij gladschoren.
- ...dat jullie gladschoren.
- ...dat zij gladschoren.
- ...dat wij gladschoren.
- Het woord gladschoren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.