gekscheert
- Geluid: gekscheert (hulp, bestand)
- gek·scheert
vervoeging van |
---|
gekscheren |
gekscheert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gekscheren
- Jij gekscheert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gekscheren
- Hij gekscheert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van gekscheren
- Gekscheert!