fungeerden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: fungeerden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- fun·geer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
fungeren |
fungeerden
- meervoud verleden tijd van fungeren
- Wij fungeerden.
- Jullie fungeerden.
- Zij fungeerden.
- Wij fungeerden.