filibusterde
- fi·li·bus·ter·de
vervoeging van |
---|
filibusteren |
filibusterde
- enkelvoud verleden tijd van filibusteren
- Ik filibusterde.
- Jij filibusterde.
- Hij, zij, het filibusterde.
- Ik filibusterde.
- Het woord filibusterde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.