Zweeds

Uitspraak
Woordafbreking
  • för·stör·de
Woordherkomst en -opbouw
  • Zweedse werkwoordsvorm met het voorvoegsel för-
Naar frequentie 1912

Bijvoeglijk naamwoord

förstörde

  1. bepaald nominatief mannelijk enkelvoud van förstörd [1]
Schrijfwijzen

Werkwoord

förstörde

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van förstöra

Verwijzingen

  1. förstörde (kan gebruikt worden bij een mannelijke persoon of een mannelijk dier in plaats van förstörda)