extendeert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: extendeert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ex·ten·deert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
extenderen |
extendeert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van extenderen
- Jij extendeert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van extenderen
- Hij extendeert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van extenderen
- Extendeert!