extemporeerde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ex·tem·po·reer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
extemporeren |
extemporeerde
- enkelvoud verleden tijd van extemporeren
- Ik extemporeerde.
- Jij extemporeerde.
- Hij, zij, het extemporeerde.
- Ik extemporeerde.