eggedeleren
- eg·ge·de·le·ren
Naar frequentie | zeldzaam |
---|
eggedeleren
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van eggedeler
- eg·ge·de·le·ren
eggedeleren
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van eggedelar
Naar frequentie | zeldzaam |
---|
eggedeleren
eggedeleren