e-mailden
- e-mail·den
vervoeging van |
---|
e-mailen |
e-mailden
- meervoud verleden tijd van e-mailen
- Wij e-mailden.
- Jullie e-mailden.
- Zij e-mailden.
- Wij e-mailden.
- Het woord e-mailden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.