downgrade
- down·grade
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | downgrade | downgrades |
verkleinwoord |
de downgrade m
- (informatica) overschakeling naar een lager presterend computersysteem
- (financieel) het verlagen van de status of waarde van iets op een beursfonds of kredietmarkt
vervoeging van |
---|
downgraden |
downgrade
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van downgraden
- Ik downgrade.
- gebiedende wijs van downgraden
- Downgrade!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van downgraden
- Downgrade je?
- Het woord downgrade staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Geluid: (zelfstandig naamwoord) downgrade (VK) (hulp, bestand), (werkwoord) downgrade (VK) (hulp, bestand)
- samenstelling van down vz en grade zn
enkelvoud | meervoud |
---|---|
downgrade | downgrades |
downgrade
- lagere plaatsing/positionering
- achteruitgang, kwaliteitsvermindering
- (informatica) downgrade [1]
- (financieel) downgrade [2]
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to downgrade |
he/she/it | downgrades |
verleden tijd | downgraded |
voltooid deelwoord |
downgraded |
onvoltooid deelwoord |
downgrading |
gebiedende wijs | downgrade |
downgrade
- overgankelijk, (informatica) downgraden
- overgankelijk in waarde doen afnemen, onderuithalen
- overgankelijk degraderen