• dood·ga
vervoeging van
doodgaan

doodga

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doodgaan
    • ... dat ik doodga. 
vervoeging van
doodgaan

doodga

  1. (in een bijzin) enkelvoud tegenwoordige tijd aanvoegende wijs van doodgaan
    • ... dat men doodga.