dijkstoeltje

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  dijkstoeltje    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• dijk·stoel·tje

Zelfstandig naamwoord

het dijkstoeltje o

1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord dijkstoel

Gangbaarheid

• Het woord 'dijkstoeltje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.