dieplinkt
- diep·linkt
vervoeging van |
---|
dieplinken |
dieplinkt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dieplinken
- Jij dieplinkt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dieplinken
- Hij dieplinkt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van dieplinken
- Dieplinkt!
- Het woord dieplinkt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.