detoxte
- de·tox·te
vervoeging van |
---|
detoxen |
detoxte
- enkelvoud verleden tijd van detoxen
- Ik detoxte.
- Jij detoxte.
- Hij, zij, het detoxte.
- Ik detoxte.
- Het woord detoxte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
vervoeging van |
---|
detoxen |
detoxte