desisteerden
- de·sis·teer·den
vervoeging van |
---|
desisteren |
desisteerden
- meervoud verleden tijd van desisteren
- Wij desisteerden.
- Jullie desisteerden.
- Zij desisteerden.
- Wij desisteerden.
- Het woord desisteerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.