• de·ko·lo·ni·seer
vervoeging van
dekoloniseren

dekoloniseer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dekoloniseren
    • Ik dekoloniseer. 
  2. gebiedende wijs van dekoloniseren
    • Dekoloniseer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dekoloniseren
    • Dekoloniseer je?