• de·friendt
vervoeging van
defrienden

defriendt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van defrienden
    • Jij defriendt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van defrienden
    • Hij defriendt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van defrienden
    • Defriendt!