• cu·ret·teert
vervoeging van
curetteren

curetteert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van curetteren
    • Jij curetteert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van curetteren
    • Hij curetteert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van curetteren
    • Curetteert!