Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • col·le·ga's

Zelfstandig naamwoord

de collega'smv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord collega
     Heleen en Pieter Kronenberg zitten naast mensen die ik niet ken. Waarschijnlijk collega's van je.[1]

Verwijzingen