clicheerde
- Geluid: clicheerde (hulp, bestand)
- cli·cheer·de
vervoeging van |
---|
clicheren |
clicheerde
- enkelvoud verleden tijd van clicheren
- Ik clicheerde.
- Jij clicheerde.
- Hij, zij, het clicheerde.
- Ik clicheerde.
- Het woord clicheerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.