• carve
vervoeging van
carven

carve

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van carven
    • Ik carve. 
  2. gebiedende wijs van carven
    • Carve! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van carven
    • Carve je? 


carve

  1. uitbeitelen