• box·hop
vervoeging van
boxhoppen

boxhop

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van boxhoppen
    • Ik boxhop. 
  2. gebiedende wijs van boxhoppen
    • Boxhop! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van boxhoppen
    • Boxhop je?