blowde door
- Geluid: blowde door (hulp, bestand)
- blow·de door
vervoeging van |
---|
doorblowen |
blowde door
- enkelvoud verleden tijd van doorblowen
- Ik blowde door.
- Jij blowde door.
- Hij, zij, het blowde door.
- Ik blowde door.
vervoeging van |
---|
doorblowen |
blowde door