blokte af
- blok·te af
vervoeging van |
---|
afblokken |
blokte af
- enkelvoud verleden tijd van afblokken
- Ik blokte af.
- Jij blokte af.
- Hij, zij, het blokte af.
- Ik blokte af.
- Het woord blokte af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.