Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /blaɦɔpr̝̊aːl/
Woordafbreking
  • bla·ho·přál

Werkwoord

blahopřál

  1. mannelijk derde persoon enkelvoud verleden tijd van het imperfectieve werkwoord blahopřát
  2. mannelijk enkelvoud actief deelwoord van het imperfectieve werkwoord blahopřát