bitumineer
- Geluid: bitumineer (hulp, bestand)
- bi·tu·mi·neer
vervoeging van |
---|
bitumineren |
bitumineer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bitumineren
- Ik bitumineer.
- gebiedende wijs van bitumineren
- Bitumineer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bitumineren
- Bitumineer je?
- Het woord bitumineer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.