binnenvroeg
- Geluid: binnenvroeg (hulp, bestand)
- bin·nen·vroeg
vervoeging van |
---|
binnenvragen |
binnenvroeg
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van binnenvragen
- ... dat ik binnenvroeg.
- ... dat jij binnenvroeg.
- ... dat hij, zij, het binnenvroeg.
- ... dat ik binnenvroeg.
- Het woord binnenvroeg staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.