• bij·ver·warmt
vervoeging van
bijverwarmen

bijverwarmt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijverwarmen
    • ... dat jij bijverwarmt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijverwarmen
    • ... dat hij bijverwarmt.