Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·waar·de

Werkwoord

vervoeging van
bewaren

bewaarde

  1. enkelvoud verleden tijd van bewaren
    • Ik bewaarde. 
    • Jij bewaarde. 
    • Hij, zij, het bewaarde. 
  2. verbogen vorm van bewaard, voltooid deelwoord van bewaren