• be·oor·deel·de
vervoeging van
beoordelen

beoordeelde

  1. enkelvoud verleden tijd van beoordelen
    • Ik beoordeelde. 
    • Jij beoordeelde. 
    • Hij, zij, het beoordeelde. 
  2. verbogen vorm van beoordeeld, voltooid deelwoord van beoordelen