bekentekent
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bekentekent (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·ken·te·kent
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bekentekenen |
bekentekent
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekentekenen
- Jij bekentekent.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekentekenen
- Hij bekentekent.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van bekentekenen
- Bekentekent!
Gangbaarheid
- Het woord bekentekent staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.