Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
beitelde
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
beitelde
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
bei·tel·de
Werkwoord
vervoeging van
beitelen
beitelde
enkelvoud verleden tijd van
beitelen
Ik
beitelde
.
Jij
beitelde
.
Hij, zij, het
beitelde
.