Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
behuisde
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Bijvoeglijk naamwoord
1.4
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
behuisde
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
be·huis·de
Bijvoeglijk naamwoord
behuisde
verbogen vorm van de stellende trap van
behuisd
Werkwoord
vervoeging van
behuizen
behuisde
enkelvoud verleden tijd van
behuizen
Ik
behuisde
.
Jij
behuisde
.
Hij, zij, het
behuisde
.
verbogen vorm van
behuisd
, voltooid deelwoord van
behuizen