• bed·lamp·jes

de bedlampjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bedlamp
     Ze zeiden niets, schopten alleen hun schoenen uit, deden de bedlampjes aan en doofden de plafondverlichting.[1]
  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044633535