Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·nam·ba

Zelfstandig naamwoord

de banambav / m

  1. (informeel) een soort dans

Gangbaarheid

3 % van de Nederlanders;
7 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be