• au·to·cla·veer
vervoeging van
autoclaveren

autoclaveer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van autoclaveren
    • Ik autoclaveer. 
  2. gebiedende wijs van autoclaveren
    • Autoclaveer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van autoclaveren
    • Autoclaveer je?