Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
assureer
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
assureer
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
as·su·reer
Werkwoord
vervoeging van
assureren
assureer
eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
assureren
Ik
assureer
.
gebiedende wijs van
assureren
Assureer
!
(bij inversie)
tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
assureren
Assureer
je?