archiveerde
- Geluid: archiveerde (hulp, bestand)
- ar·chi·veer·de
vervoeging van |
---|
archiveren |
archiveerde
- enkelvoud verleden tijd van archiveren
- Ik archiveerde.
- Jij archiveerde.
- Hij, zij, het archiveerde.
- Ik archiveerde.
- Het woord archiveerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.