anatomiseer
- Geluid: anatomiseer (hulp, bestand)
- ana·to·mi·seer
vervoeging van |
---|
anatomiseren |
anatomiseer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van anatomiseren
- Ik anatomiseer.
- gebiedende wijs van anatomiseren
- Anatomiseer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van anatomiseren
- Anatomiseer je?
- Het woord anatomiseer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.