• al·li·te·reert
vervoeging van
allitereren

allitereert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van allitereren
    • Jij allitereert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van allitereren
    • Hij allitereert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van allitereren
    • Allitereert!