alfabetiseerden
- al·fa·be·ti·seer·den
vervoeging van |
---|
alfabetiseren |
alfabetiseerden
- meervoud verleden tijd van alfabetiseren
- Wij alfabetiseerden.
- Jullie alfabetiseerden.
- Zij alfabetiseerden.
- Wij alfabetiseerden.
vervoeging van |
---|
alfabetiseren |
alfabetiseerden