afklok
- af·klok
vervoeging van |
---|
afklokken |
afklok
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afklokken
- ... dat ik afklok.
- Het woord afklok staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
vervoeging van |
---|
afklokken |
afklok