affirmeert
- Geluid: affirmeert (hulp, bestand)
- af·fir·meert
vervoeging van |
---|
affirmeren |
affirmeert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van affirmeren
- Jij affirmeert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van affirmeren
- Hij affirmeert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van affirmeren
- Affirmeert!
- Het woord affirmeert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.