achthonderdzesentachtigje

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • acht·hon·derd·zes·en·tach·tig·je

Zelfstandig naamwoord

het achthonderdzesentachtigjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord achthonderdzesentachtig

Gangbaarheid