Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ach·ter·over·kam·den

Werkwoord

vervoeging van
achteroverkammen

achteroverkamden

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van achteroverkammen
    • ...dat wij achteroverkamden. 
    • ...dat jullie achteroverkamden. 
    • ...dat zij achteroverkamden. 

Gangbaarheid