abaisseerde
- Geluid: abaisseerde (hulp, bestand)
- abais·seer·de
vervoeging van |
---|
abaisseren |
abaisseerde
- enkelvoud verleden tijd van abaisseren
- Ik abaisseerde.
- Jij abaisseerde.
- Hij, zij, het abaisseerde.
- Ik abaisseerde.
vervoeging van |
---|
abaisseren |
abaisseerde