• IPA: /ˈanɡʀaɪ̯fəʁɪnn̩/, (duidelijk uitgesproken) /ˈanɡʀaɪ̯fəʁɪnən/
  • An·grei·fe·rin·nen

Angreiferinnen mv

  1. nominatief, genitief, datief en accusatief meervoud van Angreifer