spoorkoekoek
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- spoor·koe·koek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van spoor en koekoek zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spoorkoekoek | spoorkoekoeken |
verkleinwoord | spoorkoekoekje | spoorkoekoekjes |
Zelfstandig naamwoord
de spoorkoekoek m
- (koekoeksvogels) een vogel uit het geslacht Centropus en de familie koekoeken (Cuculidae). De wetenschappelijke naam Centropus is ontleend aan het Oudgrieks, κέντρον, kentron (sporen) en πούς, pous (voet). Dit slaat op de lange achterteen van de meeste soortenkoekoek met lange, spitse achterklauw
Hyponiemen
|
Gangbaarheid
- Het woord 'spoorkoekoek' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.