Deens

Woordafbreking
  • send

Werkwoord

send

  1. gebiedende wijs van sende


Engels

vervoeging
onbepaalde wijs to  send 
he/she/it  sends 
verleden tijd  sent 
voltooid
deelwoord
 sent 
onvoltooid
deelwoord
 sending 
gebiedende wijs  send 

Werkwoord

send

  1. verzenden, sturen


Noors

Woordafbreking
  • send
Naar frequentie 830

Werkwoord

send

  1. gebiedende wijs van sende


Nynorsk

Woordafbreking
  • send
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud send
o enkelvoud sendt
meervoud sende
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
sende

Bijvoeglijk naamwoord

send

  1. gezonden

Bijvoeglijk naamwoord

send

  1. send
  2. verouderde spelling of vorm van sendt tot 2012
(verouderd) onbepaalde onzijdige vorm enkelvoud van de stellende trap van sendt

Werkwoord

send

  1. gebiedende wijs van sende

Werkwoord

send

  1. verouderde spelling of vorm van sendt tot 2012
(verouderd) voltooid deelwoord van senda en sende